2. VN-verdrag Handicap

In Nederland kunnen ruim twee miljoen mensen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking niet volledig deelnemen aan de samenleving. Het  VN-verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap, opgesteld in 2006 en door Nederland geratificeerd in 2016, beschermt de rechten van deze groep. Het verdrag heeft als doel een inclusieve samenleving te realiseren waarin iedereen kan meedoen, met gelijke kansen en volledige autonomie.

Een inclusieve onderwijsaanpak richt zich op een brede groep studenten met een ondersteuningsbehoefte. Dit zijn studenten die belemmeringen ervaren door een functiebeperking, chronische ziekte, psychische klachten, zwangerschap, jong ouderschap, trans- of genderdiverse studenten of studenten in bijzondere familieomstandigheden, zoals mantelzorg.

"Studenten met een handicap moeten zich gewaardeerd, gerespecteerd, betrokken en gehoord voelen."VN-verdrag Handicap

Direct naar:

Het VN-comité gaf in 2016 een extra toelichting over wat inclusief onderwijs inhoudt. Om inclusief onderwijs, conform het VN-verdrag te garanderen moet het onderwijssysteem beschikbaar, toegankelijk, aanvaardbaar en aanpasbaar zijn (VN-comité handicap, CRPD/C/GC/4, §20-26).

  • Beschikbaarheid is gerelateerd aan het aanbod van onderwijs. Er moet een breed aanbod zijn van onderwijsinstellingen en –programma’s.

  • Toegankelijkheid houdt in dat alle aspecten van het onderwijs toegankelijk moeten zijn voor mensen met verschillende beperkingen. Denk hierbij aan gebouwen, lesmateriaal en sociale activiteiten.

  • Aanvaardbaar betekent dat het onderwijs van goede kwaliteit moet zijn voor alle studenten.

  • Aanpasbaar, zoals het belang van flexibilisering in onderwijscurriculum en toetsing.

2.1 Brede doelgroep voor een inclusieve onderwijsaanpak

2.2 Inclusief onderwijs conform het VN-verdrag Handicap

2.3 Gelijk 'speelveld' voor iedereen

Behandeling met gelijke mogelijkheden

Toegankelijkheid als norm

Inclusie

Integratie

Segregatie

Exclusie

Gelijke behandeling

Van exclusie naar inclusie

Exclusie houdt in dat studenten met een beperking geen toegang krijgen tot onderwijs. Wanneer studenten met een beperking wel onderwijs krijgen aangeboden maar dit in een aparte omgeving is, is er sprake van segregatie. Denk hierbij aan speciaal onderwijs.

Integratie betekent dat studenten met een beperking binnen het reguliere onderwijs worden geplaatst. Hierbij wordt uitgegaan dat zij zich kunnen aanpassen aan de standaardeisen van de onderwijsinstelling. De student wordt daarom alsnog beperkt in het volgen van onderwijs.

Bij inclusie worden er systematische aanpassingen gedaan zodat barrières verdwijnen. Het doel van inclusief onderwijs is dat er op den duur geen individuele voorzieningen meer nodig zijn voor studenten met een beperking, omdat alle drempels weggenomen zijn.

Het VN-comité gaat met het General comment No. 4, Article 24 (§11) ‘Right to inclusive education’ (2016) in op de verschillen tussen exclusie, segregatie, integratie en inclusie.

2018 – 2021:

Sinds de ratificatie in 2016 werkt de Nederlandse overheid actief aan de implementatie van het VN-verdrag. Dit proces werd versterkt door het Kabinetsprogramma Onbeperkt meedoen! (2018–2021). Binnen dit programma zijn op zeven focusgebieden — waaronder onderwijs — initiatieven gestart, samenwerkingen opgezet en bewustwording vergroot.

2022-2025:

Voor de vervolgaanpak van het VN-verdrag Handicap (2022–2025) werden vijf actielijnen vastgesteld. Deze richten zich op de ontwikkeling van inclusiepacten, het versterken van samenwerking met gemeenten, bedrijfsleven en andere ministeries, en het beter inzetten van ervaringsdeskundigheid. Daarnaast wordt gewerkt aan het uitbouwen van de kennisstructuur rond het verdrag en het vergroten van bewustwording in de samenleving.

2025-2030:

In juli jl. presenteerde het kabinet de langverwachte Werkagenda VN-verdrag Handicap 2025–2030. Doel: de komende vijf jaar zoveel mogelijk belemmeringen wegnemen voor mensen met een beperking. Tegelijkertijd verscheen de kabinetsreactie op de initiatiefnota Ons land is beperkt van Lisa Westerveld uit 2022.

  

2.5 Sturing vanuit de Nederlandse overheid

Het VN-verdrag is gebaseerd op het sociaal model van handicap. In dit model wordt een handicap niet gezien als een individueel probleem, maar als het resultaat van een wisselwerking tussen iemands beperking en de drempels die de maatschappij opwerpt. Hoe toegankelijker de samenleving is ingericht, hoe minder belemmeringen iemand met een beperking ervaart. Omdat onze maatschappij grotendeels is ontworpen vanuit de behoeften van de meerderheid, lopen sommige mensen tegen barrières aan. Het VN-verdrag benadrukt daarom dat toegankelijkheid een gedeelde maatschappelijke verantwoordelijkheid is.

 

Een belangrijk onderdeel van het verdrag is het recht op onderwijs (Artikel 24). Mensen met een beperking hebben recht op onderwijs zonder discriminatie en op basis van gelijke kansen. Dat betekent dat onderwijsinstellingen redelijke aanpassingen moeten bieden en dat het onderwijssysteem als geheel inclusief moet zijn. Het verdrag biedt hiervoor richtlijnen die zijn uitgewerkt in acht fundamentele elementen van inclusief onderwijs.

2.4 Medisch versus sociaal model

Samen sneller vooruit

Uit de JOB Monitor 2024 blijkt dat 28% van de mbo-studenten extra ondersteuning nodig heeft. Deze studenten kampen met uiteenlopende uitdagingen, zoals leerproblemen, beperkingen of chronische aandoeningen. Scholen staan voor de uitdaging om een inclusieve leeromgeving te creëren waarin iedere student zich welkom, erkend en gehoord voelt.

Het realiseren hiervan is echter een grote opgave. Door een tekort aan tijd, menskracht, hoge werkdruk en versnipperde kennis is het voor onderwijsinstellingen niet altijd eenvoudig om toegankelijk en inclusief onderwijs structureel vorm te geven. Krachtenbundeling, kennisdeling en samenwerking zijn daarom noodzakelijk om duurzaam inclusief onderwijs te waarborgen.

 

Vind niet opnieuw het wiel uit!

Door de ondertekening van de  intentieverklaring VN-verdrag Handicap zetten scholen niet alleen een belangrijke stap voor hun eigen studenten, maar geven ze ook een signaal aan andere onderwijsinstellingen: volg dit voorbeeld! De intentieverklaring biedt scholen een gedeeld kader om samen te werken aan inclusiever onderwijs, met duidelijke ambities en doelen. Doe ook mee!

Steeds meer mbo-scholen onderschrijven de Intentieverklaring VN-verdrag Handicap. Daarmee spreken zij hun toewijding uit aan een inclusief onderwijsstelsel waarin iedere student zich gezien, gehoord en gewaardeerd voelt. De scholen delen een gezamenlijke ambitie: drempels wegnemen, kansen vergroten en samen leren hoe het beter kan. Hieronder delen vertegenwoordigers van deelnemende mbo-instellingen hun visie op inclusief onderwijs.

“Dit lerende netwerk is wat ons betreft een rijke aanvulling om good practices te delen, te innoveren en inclusief onderwijs verder vorm te geven met gelijke kansen voor alle studenten.”
– Christian de Kraker, Projectleider & Onderzoeker Lectoraat Ondernemen in Verandering, samenwerking tussen Hanzehogeschool Groningen en het Alfa-college

“Koning Willem I College is er voor iedereen. Daarom vind ik dat we dit verdrag moeten omarmen.”
– Peer van Summeren, CvB-lid Koning Willem I College

“Iedere leerling en student verdient de ondersteuning die nodig is om zich optimaal te ontwikkelen.”
– Tanja Peters, CvB-voorzitter De Rooi Pannen

“We staan voor een onderwijsklimaat waarin elke student zich veilig voelt en zichzelf kan zijn. We bieden een passend aanbod voor diverse groepen studenten die onderling sterk verschillen in leervraag en ondersteuningsbehoefte.”
– Trudy Vos, CvB-voorzitter ROC van Twente

“Door samen te werken aan het VN-verdrag Handicap werken we niet alleen aan een inclusieve leeromgeving, maar bereiden we studenten ook beter voor op de arbeidsmarkt. Inclusie vraagt om voortdurende betrokkenheid, flexibiliteit en maatwerk.”
– Manon Olde Monnikhof, directeur STC mbo

“Zadkine is een inclusieve school. Iedereen is welkom bij Zadkine. Hier word je gezien en gehoord. We gaan gelijkwaardig met elkaar om. In alles wat wij doen ervaren medewerkers en studenten van Zadkine kansengelijkheid, zowel binnen als buiten onze opleidingsmuren.”
– Aniel Ramawadh, CvB-lid Zadkine

“Samen maken we het verschil voor een inclusieve toekomst in Nederland.”
– Andrea Kaim-Lamers, lid Raad van Bestuur Curio

“Bij Firda zien we diversiteit als bron om samen te leren. Inclusie van álle studenten is een belangrijke maatschappelijke opdracht in ons onderwijs en sociaal leven in de school.”
– Thiska Portena, directeur Expertisecentrum Studenten Services Firda

“Vanuit deze basis zetten wij ons in zodat iedere student zich gewaardeerd, gerespecteerd, geaccepteerd en gehoord voelt.”
– Sonja Hoogendoorn, voorzitter MBO College Zuid, namens ROC van Amsterdam – Flevoland

“Een persoonlijke en gelijkwaardige benadering, respect en flexibel onderwijs helpen al onze studenten en medewerkers om hun talenten te ontwikkelen en hen het gevoel te geven dat iedereen erbij hoort.”
– Otto Jelsma, CvB-voorzitter mboRijnland

“We zijn trots dat de VSV-cijfers onder het landelijk gemiddelde zitten. Dat lukt ons omdat we echt aandacht hebben voor de student.”
– Stan Vloet, voorzitter CvB ROC Rivor

“Bij MBO Utrecht kan iedereen rekenen op respect, ongeacht herkomst, achtergrond en identiteit. We waarderen verschillen en maken ze bespreekbaar op school.”
– Joany Krijt, CvB MBO Utrecht

“Ik ben trots dat ik hier sta — samen zorgen we voor een inclusiever Graafschap College.”
– Carmen Jansen, Graafschap College

“Het is belangrijk dat iedereen gehoord wordt. We gaan vandaag in gesprek om speerpunten voor ons beleid op te halen. Het zou eigenlijk niet nodig moeten zijn dat we beleid schrijven op dit thema, want iedereen hoort mee te kunnen doen.”
– Maarten Bonarius, onderwijsdirecteur Bijzondere Voorzieningen, ROC Mondriaan 

Oproep voormalige onderwijsminister Robbert Dijkgraaf:

2.6  Samen betekenis geven aan het VN-verdrag Handicap
2. VN-verdrag Handicap

Van exclusie naar inclusie

Exclusie houdt in dat studenten met een beperking geen toegang krijgen tot onderwijs. Wanneer studenten met een beperking wel onderwijs krijgen aangeboden maar dit in een aparte omgeving is, is er sprake van segregatie. Denk hierbij aan speciaal onderwijs.

Integratie betekent dat studenten met een beperking binnen het reguliere onderwijs worden geplaatst. Hierbij wordt uitgegaan dat zij zich kunnen aanpassen aan de standaardeisen van de onderwijsinstelling. De student wordt daarom alsnog beperkt in het volgen van onderwijs.

Bij inclusie worden er systematische aanpassingen gedaan zodat barrières verdwijnen. Het doel van inclusief onderwijs is dat er op den duur geen individuele voorzieningen meer nodig zijn voor studenten met een beperking, omdat alle drempels weggenomen zijn.

Inclusie

Segregatie

Exclusie

In Nederland kunnen ruim twee miljoen mensen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking niet volledig deelnemen aan de samenleving. Het  VN-verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap, opgesteld in 2006 en door Nederland geratificeerd in 2016, beschermt de rechten van deze groep. Het verdrag heeft als doel een inclusieve samenleving te realiseren waarin iedereen kan meedoen, met gelijke kansen en volledige autonomie.

Een inclusieve onderwijsaanpak richt zich op een brede groep studenten met een ondersteuningsbehoefte. Dit zijn studenten die belemmeringen ervaren door een functiebeperking, chronische ziekte, psychische klachten, zwangerschap, jong ouderschap, trans- of genderdiverse studenten of studenten in bijzondere familieomstandigheden, zoals mantelzorg.

Direct naar:

"Studenten met een handicap moeten zich gewaardeerd, gerespecteerd, betrokken en gehoord voelen."VN-verdrag Handicap

Integratie

Het VN-comité gaat met het General comment No. 4, Article 24 (§11) ‘Right to inclusive education’ (2016) in op de verschillen tussen exclusie, segregatie, integratie en inclusie.

Toegankelijkheid als norm

Behandeling met gelijke mogelijkheden

Gelijke behandeling

2.3 Gelijk 'speelveld' voor iedereen

Het VN-comité gaf in 2016 een extra toelichting over wat inclusief onderwijs inhoudt. Om inclusief onderwijs, conform het VN-verdrag te garanderen moet het onderwijssysteem beschikbaar, toegankelijk, aanvaardbaar en aanpasbaar zijn (VN-comité handicap, CRPD/C/GC/4, §20-26).

  • Beschikbaarheid is gerelateerd aan het aanbod van onderwijs. Er moet een breed aanbod zijn van onderwijsinstellingen en –programma’s.

  • Toegankelijkheid houdt in dat alle aspecten van het onderwijs toegankelijk moeten zijn voor mensen met verschillende beperkingen. Denk hierbij aan gebouwen, lesmateriaal en sociale activiteiten.

  • Aanvaardbaar betekent dat het onderwijs van goede kwaliteit moet zijn voor alle studenten.

  • Aanpasbaar, zoals het belang van flexibilisering in onderwijscurriculum en toetsing.

2.1 Brede doelgroep voor een inclusieve onderwijsaanpak

2.2 Inclusief onderwijs conform het VN-verdrag Handicap

2018 – 2021:

Sinds de ratificatie in 2016 werkt de Nederlandse overheid actief aan de implementatie van het VN-verdrag. Dit proces werd versterkt door het Kabinetsprogramma Onbeperkt meedoen! (2018–2021). Binnen dit programma zijn op zeven focusgebieden — waaronder onderwijs — initiatieven gestart, samenwerkingen opgezet en bewustwording vergroot.

2022-2025:

Voor de vervolgaanpak van het VN-verdrag Handicap (2022–2025) werden vijf actielijnen vastgesteld. Deze richten zich op de ontwikkeling van inclusiepacten, het versterken van samenwerking met gemeenten, bedrijfsleven en andere ministeries, en het beter inzetten van ervaringsdeskundigheid. Daarnaast wordt gewerkt aan het uitbouwen van de kennisstructuur rond het verdrag en het vergroten van bewustwording in de samenleving.

2025-2030:

In juli jl. presenteerde het kabinet de langverwachte Werkagenda VN-verdrag Handicap 2025–2030. Doel: de komende vijf jaar zoveel mogelijk belemmeringen wegnemen voor mensen met een beperking. Tegelijkertijd verscheen de kabinetsreactie op de initiatiefnota Ons land is beperkt van Lisa Westerveld uit 2022.

  

2.5 Sturing vanuit de Nederlandse overheid

Het VN-verdrag is gebaseerd op het sociaal model van handicap. In dit model wordt een handicap niet gezien als een individueel probleem, maar als het resultaat van een wisselwerking tussen iemands beperking en de drempels die de maatschappij opwerpt. Hoe toegankelijker de samenleving is ingericht, hoe minder belemmeringen iemand met een beperking ervaart. Omdat onze maatschappij grotendeels is ontworpen vanuit de behoeften van de meerderheid, lopen sommige mensen tegen barrières aan. Het VN-verdrag benadrukt daarom dat toegankelijkheid een gedeelde maatschappelijke verantwoordelijkheid is.

Een belangrijk onderdeel van het verdrag is het recht op onderwijs (Artikel 24). Mensen met een beperking hebben recht op onderwijs zonder discriminatie en op basis van gelijke kansen. Dat betekent dat onderwijsinstellingen redelijke aanpassingen moeten bieden en dat het onderwijssysteem als geheel inclusief moet zijn. Het verdrag biedt hiervoor richtlijnen die zijn uitgewerkt in acht fundamentele elementen van inclusief onderwijs.

2.4 Medisch versus sociaal model

Samen sneller vooruit

Uit de JOB Monitor 2024 blijkt dat 28% van de mbo-studenten extra ondersteuning nodig heeft. Deze studenten kampen met uiteenlopende uitdagingen, zoals leerproblemen, beperkingen of chronische aandoeningen. Scholen staan voor de uitdaging om een inclusieve leeromgeving te creëren waarin iedere student zich welkom, erkend en gehoord voelt.

Het realiseren hiervan is echter een grote opgave. Door een tekort aan tijd, menskracht, hoge werkdruk en versnipperde kennis is het voor onderwijsinstellingen niet altijd eenvoudig om toegankelijk en inclusief onderwijs structureel vorm te geven. Krachtenbundeling, kennisdeling en samenwerking zijn daarom noodzakelijk om duurzaam inclusief onderwijs te waarborgen.

Vind niet opnieuw het wiel uit!

Door de ondertekening van de  intentieverklaring VN-verdrag Handicap zetten scholen niet alleen een belangrijke stap voor hun eigen studenten, maar geven ze ook een signaal aan andere onderwijsinstellingen: volg dit voorbeeld! De intentieverklaring biedt scholen een gedeeld kader om samen te werken aan inclusiever onderwijs, met duidelijke ambities en doelen. Doe ook mee!

Steeds meer mbo-scholen onderschrijven de Intentieverklaring VN-verdrag Handicap. Daarmee spreken zij hun toewijding uit aan een inclusief onderwijsstelsel waarin iedere student zich gezien, gehoord en gewaardeerd voelt. De scholen delen een gezamenlijke ambitie: drempels wegnemen, kansen vergroten en samen leren hoe het beter kan. Hieronder delen vertegenwoordigers van deelnemende mbo-instellingen hun visie op inclusief onderwijs.

“Dit lerende netwerk is wat ons betreft een rijke aanvulling om good practices te delen, te innoveren en inclusief onderwijs verder vorm te geven met gelijke kansen voor alle studenten.”
– Christian de Kraker, Projectleider & Onderzoeker Lectoraat Ondernemen in Verandering, samenwerking tussen Hanzehogeschool Groningen en het Alfa-college

“Koning Willem I College is er voor iedereen. Daarom vind ik dat we dit verdrag moeten omarmen.”
– Peer van Summeren, CvB-lid Koning Willem I College

“Iedere leerling en student verdient de ondersteuning die nodig is om zich optimaal te ontwikkelen.”
– Tanja Peters, CvB-voorzitter De Rooi Pannen

“We staan voor een onderwijsklimaat waarin elke student zich veilig voelt en zichzelf kan zijn. We bieden een passend aanbod voor diverse groepen studenten die onderling sterk verschillen in leervraag en ondersteuningsbehoefte.”
– Trudy Vos, CvB-voorzitter ROC van Twente

“Door samen te werken aan het VN-verdrag Handicap werken we niet alleen aan een inclusieve leeromgeving, maar bereiden we studenten ook beter voor op de arbeidsmarkt. Inclusie vraagt om voortdurende betrokkenheid, flexibiliteit en maatwerk.”
– Manon Olde Monnikhof, directeur STC mbo

“Zadkine is een inclusieve school. Iedereen is welkom bij Zadkine. Hier word je gezien en gehoord. We gaan gelijkwaardig met elkaar om. In alles wat wij doen ervaren medewerkers en studenten van Zadkine kansengelijkheid, zowel binnen als buiten onze opleidingsmuren.”
– Aniel Ramawadh, CvB-lid Zadkine

“Samen maken we het verschil voor een inclusieve toekomst in Nederland.”
– Andrea Kaim-Lamers, lid Raad van Bestuur Curio

“Bij Firda zien we diversiteit als bron om samen te leren. Inclusie van álle studenten is een belangrijke maatschappelijke opdracht in ons onderwijs en sociaal leven in de school.”
– Thiska Portena, directeur Expertisecentrum Studenten Services Firda

“Vanuit deze basis zetten wij ons in zodat iedere student zich gewaardeerd, gerespecteerd, geaccepteerd en gehoord voelt.”
– Sonja Hoogendoorn, voorzitter MBO College Zuid, namens ROC van Amsterdam – Flevoland

“Een persoonlijke en gelijkwaardige benadering, respect en flexibel onderwijs helpen al onze studenten en medewerkers om hun talenten te ontwikkelen en hen het gevoel te geven dat iedereen erbij hoort.”
– Otto Jelsma, CvB-voorzitter mboRijnland

“We zijn trots dat de VSV-cijfers onder het landelijk gemiddelde zitten. Dat lukt ons omdat we echt aandacht hebben voor de student.”
– Stan Vloet, voorzitter CvB ROC Rivor

“Bij MBO Utrecht kan iedereen rekenen op respect, ongeacht herkomst, achtergrond en identiteit. We waarderen verschillen en maken ze bespreekbaar op school.”
– Joany Krijt, CvB MBO Utrecht

“Ik ben trots dat ik hier sta — samen zorgen we voor een inclusiever Graafschap College.”
– Carmen Jansen, Graafschap College

“Het is belangrijk dat iedereen gehoord wordt. We gaan vandaag in gesprek om speerpunten voor ons beleid op te halen. Het zou eigenlijk niet nodig moeten zijn dat we beleid schrijven op dit thema, want iedereen hoort mee te kunnen doen.”
– Maarten Bonarius, onderwijsdirecteur Bijzondere Voorzieningen, ROC Mondriaan 

Oproep voormalige onderwijsminister Robbert Dijkgraaf:

2.6  Samen betekenis geven aan het VN-verdrag Handicap